De anticonceptiepil, ook wel de pil genoemd, is momenteel het meest gebruikte anticonceptiemiddel. Veel vrouwen gebruiken de pil om een zwangerschap te voorkomen. De pil is dan ook de betrouwbaarste vorm van anticonceptie. De pil werd in 1964 geïntroduceerd in Nederland en was tot 1969 alleen maar op recept verkrijgbaar. Max de Winter wordt gezien als een van de belangrijkste wetenschappers achter de eerste wereldwijde anticonceptiepil. Gynaecoloog Ferdinand Peeters heeft de huidige samenstelling van de pil ontdekt.

Meer weten over andere anticonceptiemiddelen? Ga dan naar ‘anticonceptiemiddelen‘ en lees alles over anticonceptie.

Werking van de anticonceptiepil

De pil werkt bevat de vrouwelijk hormonen oestrogeen en progestageen. Deze hormonen:

– blokkeren de ovulatie zodat er geen eicel wordt aangemaakt.
– maken het slijm van de ingang (cervix) dikker, waardoor de baarmoeder minder doorgankelijk wordt voor zaadcellen.
– maken het baarmoederslijmvlies minder geschikt voor een eventuele innesteling van een eicel.

Wanneer je de anticonceptie pil niet meer inneemt, zorgen je eigen hormonen ervoor dat er weer een eicel wordt aangemaakt. Je bent dan gelijk weer vruchtbaar.

Gebruik van de pil

De pil moet gedurende drie weken elke dag worden ingenomen. Na deze 3 weken volgt een stopweek. In deze stopweek hoefd geen tablet ingenomen te worden. Dit is de week waarop je ongesteld wordt. Na deze stopweek begin je aan een nieuwe strip van 3 weken. De startdag is telkens dezelfde dag. Begin je altijd op vrijdag, dan neem je de laatste pil in op donderdag. Na de stopweek begin je dan vrijdags weer met je pil. Je kunt de pil het beste elke dag rond hetzelfde tijdstip innemen zodat je de pil minder snel vergeet. Ben je de anticonceptiepil vergeten? Ga dan naar de pagina pil vergeten voor meer informatie.

Samenstelling van de anticonceptiepil

De pil bevat de vrouwelijke hormongen oestrogeen en progestageen:

– De oestrogene component betreft ethynylestradiol (EE). In de allereerste pil zat 50 microgram. Dit gaf echter veel bijwerkingen. Toen nader onderzoek aantoonde dat met minder EE ook voldoende effect bereikt kon worden, werd de dosis EE steeds verder verlaagd.
– De progestagene component bestaat uit een eerste, tweede of derde generatie progestageen. Tegenwoordig worden vooral de tweede en derde generatie progestageen gebruikt.

Bijwerkingen van de pil

Wanneer je voor het eerst de anticonceptiepil neemt, kun je last krijgen van een aantal bijwerkingen. Deze gaan doorgaans binnen enkele dagen tot maanden over.

– gewichtstoename
– stemmingswisselingen
– hoofdpijn
– misselijkheid
– gevoelige en pijnlijke borsten
– spotting of doorbraakbloedingen

Daarnaast kan de anticonceptiepil de kans op veneuze trombose vergroten. Dat is een bloedstolsel in een ader, meestal in het been. Het is te herkennen aan een pijnlijke dikke rode plek op het been. De kans op trombose is erg klein. 1 op de 5000 mensen die de pil gebruiken krijgt veneuze trombose. Deze kans is het grootst in het eerste jaar. In zeldzame gevallen treedt kortademigheid op, soms met pijn of het ophoesten van bloed. Neem in dat geval meteen contact op met uw huisarts.

Voordelen en nadelen van de anticonceptiepil

Voordelen van de anticonceptiepil:

– Als je de pil goed gebruikt is deze zeer betrouwbaar.
– De meeste vrouwen hebben weinig tot geen last van bijwerkingen.
– Je kunt de (kunstmatige) menstruatie makkelijker plannen. Ga je op vakantie? Dan kun je de pil doorslikken. Daarnaast weet je precies wanneer je ongesteld moet worden, dit voorkomt doorlekken.

Nadelen van de anticonceptiepil:

– De pil dient elke dag ingenomen te worden. Wanneer je deze een dag vergeet is de pil minder betrouwbaar.
– Zoals hierboven aangegeven, kun je last krijgen van bijwerken. Deze bijwerkingen verschillen per pil vanwege de diverse samenstellingen van oestrogeen en/of progestageen. Bij de ene anticonceptiepil kun je dus meer last krijgen van bijwerkingen dan bij de andere.